Home Nieuws Is er wel de urgentie om te vernieuwen in de bouwsector?

Is er wel de urgentie om te vernieuwen in de bouwsector?

Donderdag 2 februari werd er in Pakhuis de Zwijger een hele avond over Modulair Bouwen gesproken. Een overwinning op zich en een teken dat modulair en industrieel bouwen langzaam echt voor vol wordt aangezien.

Na deze paneldiscussie met het thema “De groei van modulaire bouw” bleef het nog lang onrustig in mijn hoofd. Kwam dat door de aftrap van Susanne Heering die de discussie leidde en zo uit de losse pols de belangrijkste voordelen van modulaire bouw kon opsommen: 4 tot 6 keer sneller woonruimte creëren en tegelijk uitstoot van C02 met 50% en NOx met 75% reduceren.

Nee, daar kwam mijn onrust niet vandaan. De voordelen ken ik natuurlijk en werden beaamt door tafelgenoten hoogleraar Thijs Asselbergs, architect Roberto Meyer en architect Eldin Fajkovic.

Oké, kwam mijn onrust dan door de intro van systeemdenker Frits Palmboom en zijn aankondig van een handboek met een hele reeks goede prestatie-eisen voor nieuwbouw. Maar waarbij modulaire bouw zich door een soort dwangbuis moet persen om zich te bewijzen ten opzichte van de gevestigde orde. Of waarbij in mijn ogen een structurele denkfout wordt gemaakt door aan te nemen dat woningen alleen maar bestaansrecht hebben als ze zich letterlijk wortelen met heipalen aan onze planeet? Oftewel dat alleen vastgoed het juiste “goed” is? Nee, dat denk ik niet. Dit is namelijk de bekende reactie op vernieuwing. Ik ben al meer dan 15 jaar betrokken bij innovatie in de bouw en zie deze reactie steeds terug. Nieuwe materialen en methoden moeten aan een hogere standaard voldoen dan traditionele methoden. Zolang een nieuw materiaal niet alle problemen van het oude materiaal oplost, blijven we vasthouden aan zoals we het altijd al deden.

Nee, de onrust in mijn hoofd kwam door Mona Keizer, die zich met de interruptie microfoon introduceerde, als “U zult zich wel afvragen: wat doet die nou hier?” Maar Mona legde de vinger op de zere plek. Zij had de hele avond zitten luisteren naar de discussie aan tafel en in de zaal en vroeg zich af: waar is de urgentie? Ze vertelde dat ze vijf zonen heeft in de leeftijd tot 28 jaar en dat die straks nog allemaal of weer bij haar thuiswonen. Dat is niet leuk voor Mona, maar waarschijnlijk ook niet voor haar zoons.

Dat is wat er aan de discussie ontbrak gisteravond in Pakhuis de Zwijger. De urgentie waarom we dingen nu echt eens anders moeten gaan doen. Waarom we moeten vernieuwen? En onder welke condities? Er klopt een maatschappij ontwrichtende woningnood op de deur, onze scholen zijn ernstig verouderd en we weten dat onze kinderen leren in een ongezond binnenklimaat, vanwege de vergrijzing dreigt er op termijn een tekort aan verzorgingsbedden te ontstaan. Er is al een tekort aan 0-traps woningen voor ouderen en we vangen vluchtingen in op in mensonterende omstandigheden.

We moeten NU vaart maken met het creëren van aantrekkelijke, veilige en duurzame woon-, werk-, leer- en leefruimte. Daarvoor dienen we onze bouwproductie enorm op te schalen, in een tijd dat we mensen op de bouwplaats tekort komen. En natuurlijk willen we dat op een circulaire en flexibele manier doen. Ik wil daarom starten met omdenken in de bouwen en dat we dus niet langer uit gaan dat we bouwen voor de eeuwigheid. Sterker nog: dat hebben we nog nooit gedaan. Hoeveel kantoorpanden van de jaren 90 zijn we aan het ombouwen naar woningen, hoeveel woningbouw uit de stadsvernieuwing in de jaren 70 en 80 hebben we al niet gesloopt?

Vernieuwing en innovatie in de bouw gaat langzaam, veel te langzaam. Nu er eindelijk een interessant innovatie klimaat voor de bouw in Nederland ontstaat is het belangrijk dat we dat klimaat koesteren en niet platslaan met eisen en verwachtingen waaraan geen enkele “oude” methode of materiaal aan kan voldoen.

Ja, we kunnen op een duurzame en circulaire manier bouwen. Voldoende bedrijven -volwassen en in de startup fase- bewijzen dat al.

Bouwen kan CO2 neutraal en volledig circulair. Ik ben trots dat we deze twee doelstellingen in het ondernemingsplan van De Meeuw hebben benoemd. In 2029, het jaar dat we 100 jaar bestaan zijn we Net Zero en 100% circulair.

Deze week, de week van de circulaire economie, neem ik je graag mee hoe we dat doen.

Laten we in de tussentijd de urgentie die Mona Keijzer benoemt ook op ons netvlies houden. En in eindeloze discussies die we voeren over het al dan niet geschikt zijn van een locatie en de intense participatie trajecten ook aandacht hebben voor de echte belanghebbenden. Jongeren die eind 20 nog bij hun ouders moeten wonen, vluchtelingen die weken op de grond slapen en ouderen die noodgedwongen een traplift in hun huis installeren terwijl zij liever naar een appartement overstappen.

Circulairiteit gaat over hergebruik van materialen, in de modulaire bouw doen we dat al 50 jaar. Op een zodanige manier dat niet alleen materialen hergebruikt worden maar ook hele gebouwen. Dat is pas echt circulair, hergebruik met zo min mogelijk energie verspilling, naar een gebruik dat bij dat specifieke moment past en bij de vraag die op dat moment opgelost moet worden.

Ik hoop dat de week van de circulaire economie dus niet alleen over deeloplossingen gaat, maar over flexibel gebruik van gebouwen. Want we kunnen wel doen alsof modulair bouwen een frisse innovatie is. Maar het goede nieuws is dat modulaire bouwers al meer dan 50 jaar weten hoe hergebruik van gebouwen en materialen moet.

Gelukkig is de tijd aangebroken dat steeds meer mensen dat beginnen te beseffen.

Delen